Cholesterolverlagers maken onderdeel uit van de groep geneesmiddelen die worden ingezet bij Cardiovasculair Risico Management (CVRM)

Per jaar verstrekken openbare apotheken aan ongeveer 2 miljoen mensen een cholesterolverlager. Op basis van cijfers over de eerste tien maanden van dit jaar komen de kosten van deze groep middelen over heel 2019 naar verwachting uit op € 125 miljoen. Dat is € 25 miljoen minder dan in 2018 en € 65 miljoen minder dan in 2017. Dat schrijft de SFK deze week in het Pharmaceutisch Weekblad.

Cholesterolverlagers maken onderdeel uit van de groep geneesmiddelen die worden ingezet bij Cardiovasculair Risico Management (CVRM), waarvoor in mei 2019 van dit jaar een herziene versie van de NHG-Standaard Cardiovasculair Risicomanagement is gepubliceerd. Een van de aanpassingen betreft een verlaging van de LDL-streefwaarden voor pa-tiënten jonger dan 70 jaar met een hart- en vaatziekte. Naar verwachting zullen hierdoor statines vaker hoger worden gedoseerd of vaker worden gecombineerd met ezetimib. Het is nog te vroeg om te beoordelen of, en zo ja in welke mate, dit effect optreedt.

Statines
Statines, die de aanmaak van lichaams-eigen cholesterol remmen, zijn veruit de meest gebruikte cholesterolverlagers. 97% van alle mensen aan wie apotheken een cholesterolverlager verstrekken, gebruikt een statine, al dan niet in (een vaste) combinatie met een andere cholesterolverlager. Van de statinegebruikers gebruikt vrijwel de helft simvastatine en bijna een derde atorvastatine. De kosten die met het gebruik van statines gepaard gaan, lijken in 2019 na het patentverloop van rosuvastatine te stabiliseren en komen dit jaar naar verwachting uit op € 34 miljoen. Dat is veel lager dan in 2017, toen de kosten nog € 90 miljoen bedroegen. Deze kosten zijn gebaseerd op de apotheekinkoopprijzen (AIP) zonder de vergoeding voor de apotheek.

Ezetimb
Van ezetimib, dat de opname van cholesterol uit de darmen remt, verliep in 2018 het patent. Daarna daalden de kosten van dit middel, inclusief de vaste combinaties met andere cholesterolverlagers, van € 64 miljoen in 2017 tot naar schatting € 24 miljoen dit jaar. Het patentverloop heeft in tegenstelling tot dat van rosuvastatine nog wel enig effect in 2019. In het eerste kwartaal van dit jaar bedroegen de kosten nog ongeveer € 7 miljoen en in het vierde kwartaal is dat naar verwachting rond de € 5 miljoen. In dezelfde periode is het gebruik, uitgedrukt in DDD’s, met ongeveer 15% gestegen.

Het effect in 2019 van het patentverloop van ezetimib wordt tenietgedaan doordat in de loop van het jaar het gebruik van evolocumab en alirocumab is toegenomen. Dit zijn vertegenwoordigers van de nieuwste generatie cholesterolverlagers – de PCSK9-remmers  – die door injecteren worden toegepast. In het eerste kwartaal bedroegen de kosten ongeveer € 14 miljoen en in het laatste kwartaal naar schatting ongeveer € 16 miljoen.

Hierbij moet worden opgemerkt dat door geheime afspraken met de minister de werkelijke prijzen niet bekend zijn. Die worden achteraf met de fabrikant verrekend. Deze middelen worden uitsluitend vergoed onder voorwaarden, waaronder dat de behandelingsdoelstelling met de gebruikelijke cholesterolverlagers niet wordt bereikt.