In 2020 overleden er tot en met week 10 (tot en met 8 maart) gemiddeld 3 132 mensen per week.
De sterfte in de afgelopen weken valt hoger uit dan gemiddeld voor deze periode. Voor week 15 (6 tot en met 12 april) wordt het aantal overledenen geschat op ongeveer 5 000. Deze schatting is gebaseerd op het aantal overlijdensberichten dat het CBS tot nu toe ontvangen heeft voor week 15. Dat is vergelijkbaar met week 14 (30 maart tot en met 5 april) toen 5 037 mensen overleden. Dat melden het CBS en het RIVM op basis van de voorlopige sterftecijfers per week.
Omdat de registratie rond Pasen vertraagd was, zoals altijd na een feestdag, is de schatting onzekerder. Het aantal overledenen ligt in week 15 zeer waarschijnlijk tussen de 4 700 en 5 300. Wel is duidelijk dat de sterfte nog steeds hoger is dan het weekgemiddelde gedurende de eerste tien weken van 2020.
In 2020 overleden er tot en met week 10 (tot en met 8 maart) gemiddeld 3 132 mensen per week.
De hogere sterfte valt samen met het begin van de corona-epidemie in Nederland. Op 27 februari 2020 werd de eerste positief geteste patiënt gemeld in Nederland en op 6 maart het eerste sterfgeval door het nieuwe coronavirus (COVID-19). Op 11 maart heeft de Wereldgezondheidsorganisatie de COVID-19-uitbraak tot pandemie verklaard.
In week 14 zijn 1 077 overleden COVID-19-patiënten aan het RIVM gemeld en 892 overledenen in week 15 (stand donderdag 16 april 2020). Omdat niet alle overledenen in Nederland getest zijn op COVID-19 zullen de werkelijke aantallen aan corona overleden personen hoger zijn. Door naar het totaal aantal overledenen per week te kijken zoals gemeld aan het CBS—dus ongeacht de doodsoorzaak—ontstaat een completer beeld.
Toename vooral bij ouderen
In de afgelopen weken stierven vooral meer ouderen. Geschat op basis van de informatie die tot nu toe is binnengekomen, is de sterfte onder ouderen in week 15 ongeveer gelijk aan de sterfte in week 14. Naar schatting overleden 1 850 mensen van 65 jaar of ouder meer dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020 (een toename van 65 procent).
Bij de leeftijdsgroep 0 tot 65 jaar neemt de sterfte na week 13 af. De sterfte ligt in week 15 nog ongeveer 12 procent hoger dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020.
Meer mannen dan vrouwen overleden
In de afgelopen weken is de sterfte onder mannen hoger dan onder vrouwen. In week 14 was te zien dat het verschil tussen mannen en vrouwen afnam. Dit zet door in week 15. Er overleden in week 15 twee derde meer mannen (1 050) en ruim de helft meer vrouwen (850) dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. In week 14 was de sterfte onder mannen bijna driekwart hoger en onder vrouwen de helft hoger.
Bij de overleden COVID-19-patiënten, gemeld aan het RIVM, is het aandeel mannen eveneens afgenomen (van twee derde naar 60 procent man).
Spreiding over gemeentes
In sommige gemeentes in Noord-Brabant, Limburg en rondom Zwolle is het aantal overledenen in week 14 meer dan verdubbeld ten opzichte van een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. In tien gemeentes, waaronder Grave, Meijerijstad, Uden, Heerde en IJsselstein, is het aantal overledenen zelfs 5 of meer keer zo hoog. Ten opzichte van week 13 zijn met name toenames te zien in Noord-Holland, Zuid-Holland en Gelderland.
Het aantal overledenen op gemeenteniveau kan sterk fluctueren, met name voor kleine gemeentes. Een (sterke) verhoging in een bepaalde week kan daarom toeval zijn en hoeft niet het gevolg te zijn van de coronacrisis.
Informatiebronnen CBS en RIVM
Het CBS krijgt dagelijks berichten over sterfte binnen uit de bevolkingsregisters van gemeenten. Het CBS heeft dan nog geen informatie over de doodsoorzaak van de overledenen. Deze informatie ontvangt het CBS via een doodsoorzakenverklaring die is ingevuld door de arts die de overledene schouwt. De publicatie van de informatie uit de doodsoorzakenverklaringen wordt regulier in het derde kwartaal van 2020 verwacht, het CBS gaat zich inspannen om dit eerder te publiceren.
Het RIVM ontvangt dagelijks meldingen van overleden COVID-19-patiënten vanuit de GGD’s.
Schatting gebaseerd op tot nu toe ontvangen berichten
Gewoonlijk zit er enige tijd tussen de feitelijke overlijdensdatum en het moment waarop deze informatie het CBS bereikt. De overlijdensberichten worden iedere week op donderdag verzameld. Meestal heeft het CBS op donderdag gegevens van iets meer dan 80 procent van alle sterfgevallen van de voorgaande week. Deze informatie geeft dus een indicatie van het te verwachten totale aantal overledenen in die week.
In week 12 tot en met week 14 is op te maken dat de berichten momenteel sneller binnenkomen dan gewoonlijk (het aantal binnengekomen berichten na één week was gemiddeld 86 procent van het totaal). Vanwege het Paasweekend komen berichten met enige vertraging binnen. In de afgelopen drie jaar was er op de donderdag na Pasen gemiddeld 68 procent van de berichten ontvangen. De schatting voor week 15 is gebaseerd op de aanname dat nu 74 procent is ontvangen, omdat berichten sneller binnenkomen dan gewoonlijk. Dit is echter niet zeker, het werkelijk aantal overledenen in week 15 kan hoger of lager uitvallen. Het voorlopige aantal overledenen voor week 14 was 1 procent hoger (61 overledenen) dan de vorige week gemaakte schatting.