Volwassenen vanaf 60 jaar geven vaak aan weinig tot niets over RSV te weten (78%), maar zijn vaak bereid het vaccin te nemen als dat wordt aangeboden (73%)
it onderzoek van het Nivel blijkt dat zowel volwassenen vanaf 60 jaar als (aanstaande) ouders in Nederland openstaan voor immunisatie tegen het respiratoir syncytieel virus (RSV). Tegelijkertijd is hun kennis over RSV en de immunisatieproducten beperkt en bestaan er zorgen over mogelijke bijwerkingen en langetermijneffecten.
Hoge bereidheid ondanks lage kennis
Volwassenen vanaf 60 jaar geven vaak aan weinig tot niets over RSV te weten (78%), maar zijn vaak bereid het vaccin te nemen als dat wordt aangeboden (73%). Onder (aanstaande) ouders is er meer kennis over RSV (20% weet weinig tot niets over RSV) en ook in deze groep is de bereidheid tot immunisatie hoog: 74% zou een prik voor hun baby accepteren, 64% het vaccin voor zwangeren. Hogeropgeleide (aanstaande) ouders zijn vaker bereid de vaccinatie te accepteren dan lager- en middelbaar opgeleide ouders. Ook hebben hogeropgeleiden, zowel onder volwassenen vanaf 60 jaar als onder (aanstaande) ouders, meer vertrouwen in de immunisatieproducten.
"Het is belangrijk om extra aandacht te besteden aan het vergroten van de bewustwording onder mensen met een lage- of middelbare opleidingsachtergrond. Stem vaccinatievoorlichting af op het taalniveau en de belevingswereld van mensen met een lagere of middelbare opleiding". Sofie Noorland, MSc, RN. (Junior onderzoeker Verpleging, Verzorging en Ouderenzorg).
Informatiebehoefte centraal
Zowel ouderen als (aanstaande) ouders vinden het belangrijk om betrouwbare informatie over RSV en de immunisatieproducten te ontvangen. Daarnaast hechten zij waarde aan een gesprek met een zorgverlener, advies vanuit de overheid en gratis toegang tot de vaccinatie.
Meer weten?
Bekijk de infographic met de belangrijkste cijfers of lees de volledige factsheet.
Over het onderzoek
Het Nivel onderzocht samen met Stichting ReSViNET de kennis, opvattingen en informatiebehoeften over RSV-immunisatie onder 100 volwassenen vanaf 60 jaar en 200 (aanstaande) ouders in Nederland. Het onderzoek is onderdeel van een bredere internationale vergelijking in acht West-Europese landen.
Bron: Nivel