Sinds een oproep in het tv-programma Kassa in april zijn bij het meldpunt van de Nederlandse Zorgautoriteit 94 meldingen binnengekomen van mensen met klachten over lange wachttijden in de ggz.
Van hen stonden er op dat moment 27 daadwerkelijk op een wachtlijst bij een ggz-aanbieder. Andere meldingen kwamen van mensen die in het verleden lang hadden moeten wachten en van mensen met klachten over hun lopende behandeling.
De NZa heeft contact opgenomen met de mensen die langer dan de Treeknorm moesten wachten. We hebben hen erop gewezen dat de zorgverzekeraar de plicht heeft tot bemiddeling. In een aantal gevallen heeft deze alsnog goed bemiddeld zodat tussenkomst van de NZa niet nodig was.
Bij veertien mensen heeft de NZa contact opgenomen met de zorgverzekeraar, om van de verzekeraar te horen welke actie zij onderneemt. Verzekeraars hebben deze mensen naar een andere zorgaanbieder bemiddeld of voor overbruggingszorg gezorgd terwijl ze op de wachtlijst staan.
In een enkel geval blijft de wachttijd ook bij een andere behandelaar lang. Het gaat dan om mensen met complexe problemen, of met twee stoornissen tegelijk waardoor specifieke expertise nodig is voor beide stoornissen. Dit komt overeen met signalen die we de afgelopen maanden hoorden van behandelaren en patiënten, en bevindingen uit ons eigen onderzoek. Met name mensen met complexe problemen die een specialistische behandeling vereisen moeten soms veel te lang wachten.
‘Dat is zorgwekkend,’ zegt Marian Kaljouw, bestuursvoorzitter van de NZa. Inmiddels hebben aanbieders en verzekeraars in de ggz afspraken gemaakt om de wachtlijsten in de ggz aan te pakken. De NZa monitort die afspraken. ‘Een goed inzicht in de daadwerkelijke wachttijden bij behandelaren en krachtige samenwerking van verzekeraars en aanbieders is cruciaal om de problemen op te lossen,’ aldus Kaljouw.
Bron: NZa