Jeugdcriminaliteit houdt niet op bij de grenzen van (groot)stedelijke gebieden
De komende 3 jaar worden tientallen miljoenen euro’s uitgetrokken om de jeugdcriminaliteit verder terug te dringen in de wijken van 20 gemeenten. Er is al structureel geld beschikbaar voor de gerichte aanpak in 27 gemeenten met buurten waar de leefbaarheid onder druk staat en de risico’s groot zijn dat kinderen, jongeren en jongvolwassenen in de criminaliteit belanden.
Maar jeugdcriminaliteit houdt niet op bij de grenzen van (groot)stedelijke gebieden. Daarom zijn 20 aanvullende gemeenten gevraagd een plan van aanpak te maken voor de urgente en relatief ernstige problematiek die ze kennen met jongeren in de criminaliteit. Het gaat om: Almelo, Bergen op Zoom, Brunssum, Den Helder, Diemen, Gouda, Haarlem, Hoorn, Kerkrade, Leiden, Middelburg, Nissewaard, Oosterhout, Rijswijk, Roermond, Venray, Vlissingen, Zoetermeer, Zutphen en Zwolle.
Dat schrijven minister Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid en minister Weerwind voor Rechtsbescherming donderdag 4 april aan de Tweede Kamer. De ministers investeren samen in de brede aanpak - Preventie met Gezag - om te voorkomen dat kinderen, jongeren en jongvolwassenen in de leeftijd van 8 tot en met 27 jaar in de criminaliteit terechtkomen of daarin verder afglijden.
Ondanks dat er in de afgelopen 20 jaar in Nederland gemiddeld genomen sprake is van een afname in jeugdcriminaliteit, zijn er grote verschillen in het land en zorgelijke ontwikkelingen te zien in wijken waar jongeren ernstige feiten zoals wapen-, drugs- en geweldsdelicten plegen. Daarom wordt met focus op die plekken geïnvesteerd waar dat het hardst nodig is. Gemeenten doen dit in samenwerking met alle betrokken partners in de directe leefomgeving van de jongeren: van de politie, het Openbaar Ministerie (OM), Rechtspraak, Raad voor de Kinderbescherming, de Reclassering, Stichting Halt, Zorg- en Veiligheidshuizen tot en met de leraren op scholen, het jongerenwerk, jeugdzorg, lokale ondernemers en werkgevers.
Lerende aanpak
Om ook in de 20 nieuwe gemeenten het verschil te kunnen maken, is het zaak goed zicht te krijgen op de specifieke problematiek en de doelgroep om voortijdig en gericht te kunnen ingrijpen met kansrijke en bewezen effectieve interventies. Hiervoor kunnen zij gebruik maken van de al opgedane lessen door de 27 gemeenten en vinden zij aansluiting bij de lerende aanpak van Preventie met Gezag. De 20 gemeenten zijn gevraagd om dit voorjaar hun plannen voor te leggen. Op basis daarvan kunnen gemeenten € 500.000 per jaar krijgen voor een periode van 3 jaar. De verwachting is dat de gemeenten nog voor de zomer kunnen beginnen met de uitvoering van hun plannen.
De aanpak vergt een lange adem om te voorkomen dat jongeren in de criminaliteit terechtkomen en daarin verder afglijden. Hierbij zal ook tussentijds bijgestuurd worden op nieuwe inzichten en ontwikkelingen. Dit gebeurt onder meer op basis van een monitorings- en evaluatiecyclus, waar ook de 20 nieuwe gemeenten bij worden betrokken. In deze cyclus wordt zowel gemonitord op de voortgang van de activiteiten als op de problematiek in de deelnemende gemeenten. Daarvoor wordt er samen met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) een criminaliteitsproblematiekmonitor ontwikkeld. De eerste publicatie in deze monitor is begin dit jaar verschenen over de 27 gemeenten die inmiddels in de uitvoerende fase van Preventie met Gezag zitten (Verkenning Monitor Preventie met Gezag van het CBS). Deze monitor wordt later dit jaar uitgebreid.
Verder doet het Wetenschappelijk Onderzoek en Datacentrum (WODC) periodiek onderzoek naar de ontwikkeling van jeugdcriminaliteit en wisselen gemeenten en de betrokken partijen in de aanpak ervaringen uit. Zo vond donderdag 4 april nog een bijeenkomst in Arnhem plaats met circa 300 deelnemers uit het werkveld over wat werkt om jonge aanwas en doorgroeiers in de criminaliteit te voorkomen. Ook hierbij waren professionals van de 20 nieuwe gemeenten al aanwezig.
Bron: Rijksoverheid