Geachte leden van de tweede kamer,

Ik richt me tot u over het voorstel om de functie van regieverpleegkundige in te stellen, wet BIG-II. 

Voor jonge mensen die nu een opleiding gaan kiezen kan dit logisch zijn. Waar ik me grote zorgen over maak zijn de gevolgen die de overgangsregeling zal hebben voor oudere, ervaren verpleegkundigen.
  
Ik ben 57 jaar oud en werkzaam in de verpleging sinds 1981. Ik kom uit Frankrijk en mijn opleiding is in Nederland erkend als A-verpleegkundige in 1989. Ik heb tevens een specialisatie tot recovery verpleegkundige afgerond op 4 december 2002. Wanneer de voorgestelde regeling wordt ingevoerd zal ik, omdat mijn specialisatie van voor 2003 was, niet gelijk worden gesteld aan NLQF-6. 
Sinds mijn vervolgopleiding heb ik bijscholingen, nascholingen, congressen, cursussen etc. gevolgd. Ik ben ingeschreven in het kwaliteitsregister waarvoor ik 184 punten per 5 jaar moet halen (geaccrediteerd en niet-geaccrediteerd), dit is verplicht gesteld door het ziekenhuis waar ik werk om te waarborgen dat verpleegkundigen up-to-date blijven.    
Invoering van deze wet komt er op neer dat ik, ondanks al deze kwaliteitseisen, word gedegradeerd tot NLQF-4 niveau. Dit ervaar ik als zeer kwetsend. 
Dezelfde gedachten heersen ook bij mijn collega’s die in een vergelijkbare situatie zitten. 
In deze tijd waarin het aantal werkenden in de zorg afneemt is het volgens mij een slecht idee om de oudere, ervaren verpleegkundigen op grote schaal op deze manier te demotiveren. De enige manier waarop ik/zij op NLQF-6 niveau mee kan/kunnen doen is door opnieuw een opleiding te gaan volgen van 2,5 tot 3 jaar. Dit is  geen aanlokkelijk voorstel op hogere leeftijd. Ik ben aan het overwegen of ik hierdoor de zorg niet zal gaan verlaten en dit hoor ik ook van mijn collega’s. 

Ik vind deze ontwikkeling onbegrijpelijk. In het onderwijs zijn de laatste jaren door de tekorten juist allerlei maatregelen genomen om een zij-instroom mogelijk te maken vanuit andere beroepsgroepen en in de zorg wordt door deze regeling een zij-uitstroom gestimuleerd, en juist van de ervaren personeelsleden. 

Ik wil u graag de volgende vragen meegeven wanneer dit wetsvoorstel wordt behandeld:

1. Als gesteld wordt dat de HBO-V van voor 2012 en vervolgopleidingen van voor 2003 niet voldoen aan de eisen gesteld door NLQF-6, wat is dan de waarde van het kwaliteitsregister waar ik als verpleegkundige (verplicht door het ziekenhuis waar ik werk) ingeschreven ben? 
2. Wat is de waarde van werkervaring van oudere verpleegkundigen? 
3. Is het slim om in een tijd waarin er een tekort is aan handen aan het bed in de zorg, deze maatregelen in te voeren, die waarschijnlijk gaan leiden tot versneld vertrek van personeel?
 
Ik wil u derhalve verzoeken om dit wetsvoorstel, als het ter behandeling wordt aangeboden door de regering, zodanig te amenderen dat de nu werkzame verpleegkundigen zich niet op deze manier aan de kant gezet voelen. 

Handen aan het bed zijn heel hard nodig! 

Met vriendelijke groeten,
Een verpleegkundige
(naam bekend bij redactie)