In een JJI verblijven jongeren die veroordeeld zijn voor of verdacht worden van een delict
Langdurige personeelstekorten in de Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI) bemoeilijken de behandeling en opvoeding van jongeren die er moeten verblijven. Dat levert risico’s op voor de veiligheid van werknemers en jongeren. De Inspectie Justitie en Veiligheid, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Inspectie van het Onderwijs roepen de staatssecretaris Rechtsbescherming op om met spoed te zorgen dat er voldoende vakbekwaam personeel is, dat er voldoende hoog beveiligde plekken voor de jongeren beschikbaar zijn en dat de financiering voor deze inrichtingen passend is, ook voor uitbreiding met een extra JJI.
In een JJI verblijven jongeren die veroordeeld zijn voor of verdacht worden van een delict. Opvoeding, behandeling en beveiliging staan er centraal, niet het straffen. Zo kunnen jongeren leren van hun delict om zoveel mogelijk te voorkomen dat ze na hun verblijf opnieuw de fout in gaan. In de JJI’s verblijven nu circa 480 jongeren.
De 6 JJI’s kampen al jaren met personeelsgebrek. Dat is het afgelopen half jaar verergerd. Vanwege de nieuwe wet op de schijnzelfstandigheid (Wet DBA) zijn de JJI’s gestopt met de externe inhuur van beroepskrachten. Tot begin dit jaar was bijna een derde van de pedagogisch medewerkers tijdelijke inhuur. JJI’s willen alleen nog werknemers in (vaste) dienst. Met een krappe arbeidsmarkt heeft dit gezorgd voor flinke gaten in de personele bezetting.
Dagprogramma’s met scholing en behandeling die een veilige terugkeer van de jongeren in de maatschappij mogelijk moeten maken, zijn ingekort vanwege personeelsgebrek. Jongeren zitten hierdoor langer alleen opgesloten op hun kamer, missen lesuren en kunnen hun naasten minder zien. Daarmee staat het pedagogisch uitgangspunt van het jeugdstrafrecht - leren van de straf door scholing, opvoeding en behandeling - onder druk. Dat schaadt de rechtspositie en ontwikkeling van de jongeren. Dit zal de komende jaren des te meer knellen vanwege de verwachting dat jaarlijks 2 procent extra plekken in JJI’s nodig zijn door de toename van onder meer jeugddetenties en het aantal jonge verdachten.
De Hartelborgt
De situatie in RJJI De Hartelborgt en het bijbehorende Kompas College in Spijkenisse is exemplarisch voor de grote druk op de taakuitvoering in alle JJI’s. De inspecties bezochten De Hartelborgt en de school in mei van dit jaar vanwege zorgelijke signalen over de gevolgen van de personele onderbezetting die zij hadden gekregen. Werknemers en directies van De Hartelborgt en het Kompas College zetten zich volop in en zijn flexibel maar ze krijgen de personele gaten slechts moeizaam opgevuld. Medewerkers moesten van teams wisselen en dat zorgt voor onrust bij jongeren en werknemers.
Door een verkort dagprogramma moeten jongeren een aantal dagen per week langer op hun kamer blijven. Soms moeten jongeren op de ene leefgroep een halve dag op de kamer blijven om genoeg personeel voor de andere groep te hebben. Ze missen door het kortere dagprogramma structureel onderwijs. De lessen stoppen bovendien dagelijks een kwartier eerder of vallen uit door docententekort op het Kompas College. Ook dit zorgt voor onrust onder jongeren. Teamoverleggen waar JJI-personeel alleen of met docenten bespreekt hoe de jongeren in hun vel steken, kunnen niet altijd doorgaan. Terwijl die informatie van belang is om bijvoorbeeld veiligheidsrisico’s in te schatten. Medewerkers hebben door de hoge werkdruk niet altijd de tijd en ruimte om consequent de-escalerend op te treden. Dat kan incidenten in de hand werken.
Positieve ontwikkelingen
De inspecties constateerden op De Hartelborgt en het Kompas College ook positieve ontwikkelingen. Door het vertrek van externe inhuurkrachten zijn er alleen vaste medewerkers op de groepen. Personeel en jongeren ervaren dat als positief. Deze vaste krachten zijn ook aanspreekpunten voor de docenten. Samen proberen zij het onderwijs ondanks belemmeringen door het kortere dagprogramma toch door te laten gaan. Zo zijn lestijden aangepast aan de veranderde werktijden van de groepsleiders op De Hartelborgt.
Bron: IGJ