"Het zit in de familie," hoor je weleens zeggen over alcoholisme. Opa dronk, papa drinkt, en nu maakt tante zich zorgen over haar zoon. Maar klopt dat eigenlijk wel?

Wordt je als alcoholist geboren, of leer je het gewoon van je omgeving? Het antwoord blijkt ingewikkelder dan je zou denken.

De rol van genetica

Erfelijkheid speelt wel degelijk een flinke rol speelt bij de ontwikkeling van alcoholisme. Wetenschappers schatten dat genetische factoren verantwoordelijk kunnen zijn voor 40 tot 60 procent van het risico. Er zijn bepaalde genvarianten die invloed hebben op hoe je lichaam alcohol afbreekt en hoe je hersenen reageren op de beloning die alcohol geeft. Als jouw lichaam bijvoorbeeld langzamer alcohol afbreekt, kan dat effect langer aanhouden en daarmee ook de kans vergroten dat je opnieuw wilt drinken.

Maar het is niet zo simpel als “je hebt het gen, dus je wordt alcoholist”. Genen bepalen een aanleg, geen zekerheid. Net zoals je genetisch gevoeliger kunt zijn voor bijvoorbeeld hartziekten, betekent het niet dat je ze automatisch krijgt. Leefstijl, omgeving en persoonlijke keuzes spelen minstens zo’n grote rol.

Omgeving en gewoontes

Waar je opgroeit, hoe er in je gezin met alcohol wordt omgegaan en welke sociale normen er gelden, beïnvloedt je relatie met alcohol misschien nog wel meer dan je DNA. Kinderen die op jonge leeftijd zien dat drinken normaal is bij elk feestje, kunnen dat gedrag later vanzelf overnemen. Aan de andere kant zijn er mensen met een familiaire aanleg voor alcoholisme die juist heel bewust weinig of niet drinken.

Stress, trauma of psychische problemen kunnen ook een belangrijke trigger zijn. Alcohol wordt dan een manier om te ontsnappen aan pijn of spanning. Hier zie je vaak dat de verslaving minder te maken heeft met genetische aanleg en meer met het aanleren van een copingmechanisme.

DNA-testen: zinvol of onzin?

Met de opkomst van commerciële DNA-testen claimen sommige bedrijven dat ze je kunnen vertellen of je een verhoogd risico hebt op alcoholisme. Maar de wetenschap is nog lang niet zo ver. Hoewel er  genvarianten zijn die verband houden met verslavingsgevoeligheid, is het totaalplaatje veel te complex om een betrouwbare voorspelling te doen. Je DNA geeft hooguit een indicatie, geen oordeel. Het idee dat je in een laboratorium exact kunt bepalen of iemand later verslaafd raakt, is gewoon onzin.

Als aanleg werkelijkheid wordt

Wanneer aanleg, omstandigheden en persoonlijke keuzes samenkomen, kan verslaving sneller ontstaan. Dan is ingrijpen belangrijk. Voor sommige mensen is een gespecialiseerde privekliniek alcohol de beste stap, omdat er daar in een veilige en discrete omgeving gewerkt kan worden aan herstel. Bij gebruik van meerdere middelen, zoals alcohol in combinatie met cocaïne of andere drugs, kan een afkickkliniek drugs beter aansluiten, omdat die breder kijkt naar verslaving in al haar vormen.

Het verschil maken

Of je nu aanleg hebt of niet, het goede nieuws is dat je altijd invloed hebt. Het herkennen van signalen, het stellen van grenzen en het zoeken van hulp kan een enorm verschil maken. Een prive afkickliniek Nederland zoals THE YOUTURN richten zich niet alleen op het stoppen met drinken, maar ook op het onderzoeken van de achterliggende oorzaken. Dat maakt de kans op blijvend herstel groter.