Een tijdje terug schreef ik over een client die ik van thuis naar het verpleeghuis begeleidt heb

Regelmatig zie ik hem op zaterdag in het dorp van Veenendaal, samen met zijn broer een hapje eten. Gezien hij lijdt aan alzheimer twijfelde ik altijd om hem aan te spreken. Ik herken hem immers wel, maar hij mij misschien niet meer! En ik wilde hem niet in verlegenheid of verwarring brengen wanneer hij mij niet meer zou herkennen. Onlangs op een zaterdag liep ik in het dorp samen met een vriendin en we hadden zin had in een vette hap. We liepen een snackbar in waar ik nog niet eerder was geweest en bestelden ons broodje kroket. Toen ik aan een tafeltje schoof zag ik tot mijn verbazing deze client samen met zijn broer aan de bar zitten eten, op nog geen twee meter afstand! De twijfel sloeg opnieuw toe, wat zou ik doen? Ik zag hem de snackbar rondkijken. Hij leek gedachteloos en niet volledig op zijn gemak. Hij draaide langzaam zijn hoofd en staarde rond in de ruimte. Toen hij ver genoeg gedraaid was om mij te kunnen zien stopte hij opeens toen zijn blik de mijne ving. Even staarde hij mij aan en toen gebeurde het... Er kwamen sprankeltjes in zijn ogen en zijn mondhoeken draaiden in een vrolijke lach. Hij wees naar mij en ik lachte vol overgave terug. Ik ben naar hem toe gelopen en samen hebben we wat herinneringen opgehaald. Bij enkele herinneringen zag ik twijfel over zijn gezicht komen, zo herinnerde hij zich mijn naam niet meer. Ik suste dit weg door hem duidelijk te maken dat hij zoveel zusters over de vloer kreeg dat ik dit wel begreep. Hij lachte opgelucht. Een dikke knuffel gaf ik hem, voordat ik weer naar mijn tafeltje liep waar ik mijn vriendin had achtergelaten. Tijdens het eten wisselde we regelmatig blikken, knipoogjes, duimpjes omhoog en glimlachen uit. Toen ik weg ging zwaaide ik en wenste hem het allerbeste toe. Hij zag er goed uit en vrolijk, zoals ik hem kende. Een extra geruststelling dat we in het verleden de goede keuze gemaakt hebben. En de volgende keer als ik hem zie? Dan twijfel ik niet meer om hem met een grote lach aan te spreken.