De Rotterdamse onderzoekers zijn de eersten ter wereld die de geleiding op deze manier meten in een kinderhart

Het is Rotterdamse wetenschappers als eersten ter wereld gelukt om heel precies de elektrische geleiding door de boezems en kamers van een kinderhart te meten. Extra bijzonder: ze deden de metingen tijdens een openhartoperatie.

Op donderdagochtend 10 december 2020 stond promovendus Nawin Ramdat Misier voor de veertigste keer op de operatiekamer tijdens een openhartoperatie bij een kind met een aangeboren hartafwijking. Zijn taak: het meten van de elektrische geleiding van de hartspier.

Unieke kans
Zo’n openhartoperatie is voor Ramdat Misier en zijn collega’s een spannend moment. Tijdens de operatie herstellen de kinderhartchirurgen van het Erasmus MC Kinderthoraxcentrum de aangeboren hartafwijking. Voor Ramdat Misier een unieke kans om heel precies de elektrische geleiding in kaart te brengen. ‘Nadat de borstkas is opengemaakt, hebben we een kort moment om de meting te doen. De kinderhartchirurg legt heel nauwkeurig de elektrode op diverse plaatsen op het hart, terwijl ik aanwijzingen geef en op een computerscherm meekijk naar de kwaliteit en vorm van de signalen.’

Door de elektrische geleiding op het hart zelf te meten, in plaats van met elektrodes op de borstkas zoals bij een elektrocardiogram (‘hartfilmpje’), krijgen de onderzoekers informatie over de geleiding die op geen enkel andere manier te verkrijgen is. Ramdat Misier: ‘Gecoördineerde samenwerking tussen onderzoeker en hartchirurg is een pre: zodat we zo snel mogelijk een goede meting hebben en de operatie verder kan.’

Technisch ingewikkeld
De Rotterdamse onderzoekers zijn de eersten ter wereld die de geleiding op deze manier meten in een kinderhart. Dat komt omdat dit technisch nogal ingewikkeld is. De elektrode is ongeveer net zo groot als twee vingers en aan het einde zitten 192 sensoren, met een onderlinge afstand van 2 millimeter, die heel precies de stroompjes in het hart vastleggen. De elektrode is speciaal voor dit type onderzoek gemaakt door het team van prof. Wouter Serdijn (TU Delft).

Lastig te behandelen
Ramdat Misier en cardioloog-elektrofysioloog prof. Natasja de Groot gebruiken de metingen om antwoord te vinden op de vraag waarom veel kinderen met een aangeboren hartafwijking hartritmestoornissen ontwikkelen. ‘We weten dat hartritmestoornissen vaker voorkomen bij mensen met een aangeboren hartafwijking. Ze openbaren zich vaak tussen de 20 en 30 jaar en zijn lastig te behandelen’, legt De Groot uit.

De eerste metingen brengen meteen iets interessants aan het licht. ‘We zien bij deze hele jonge kinderen met een aangeboren hartafwijking al verstoringen in de elektrische geleiding. Deze observatie doet vermoeden dat het fundament van een ritmestoornissen al op jonge leeftijd aanwezig is’, aldus De Groot. Mogelijk heeft dat te maken met de druk- en volumeoverbelasting van het hart.

Nog veel vragen
Maar hoe die eerste verstoringen precies leiden tot een ritmestoornis? Daar hebben de onderzoekers nog geen antwoord op. De Groot: ‘We hebben nog veel vragen. Zijn er voorkeursplaatsen voor stoornissen in geleiding? Wat bepaalt de ernst van deze geleidingsstoornissen? En hangt dit samen met het type aangeboren hartafwijkingen en neemt het toe met de leeftijd? Het klinkt gek, maar eigenlijk weten we nog maar heel weinig over elektrische geleiding in het hart. Dat is zorgelijk, want hartritmestoornissen worden wel beschouwd als de cardiovasculaire epidemie van de 21e eeuw.’

De onderzoekers werken hard om de antwoorden te vinden op al hun vragen. Ramdat Misier hoopt uiteindelijk zijn metingen bij 200 kinderen met een aangeboren hartafwijking uit te voeren. Daarnaast lopen projecten naar elektrische geleiding bij volwassenen met en zonder een aangeboren hartafwijking.

Het uiteindelijke doel: met deze kennis in de toekomst de behandeling van hartritmestoornissen te verbeteren, of nieuwe behandelingen te ontwikkelen.

Medical Delta Cardiac Arrhythmia Lab
Dit onderzoek maakt deel uit van het wetenschappelijk programma Medical Delta Cardiac Arrhythmia Lab . Hierin werken medici en technici samen om hartritmestoornissen in kaart te brengen met als doel behandeling ervan te verbeteren.

Samenwerking
Dit onderzoek had niet kunnen bestaan zonder nauwe samenwerking. Namens het Erasmus MC Kinderthoraxcentrum zijn kinderhartchirurgen Ad Bogers, Yannick Taverne, Pieter van de Woestijne, Wouter van Leeuwen en kindercardiologen Beatrijs Bartelds en Janneke Kammeraad betrokken. Natasja de Groot heeft als Medical Delta-hoogleraar een aanstelling aan zowel de TU Delft als het Erasmus MC. Naast Nawin Ramdat Misier, werken ook promovendi Rohit Kharbanda en Mathijs van Schie aan dit project.

Lees voor meer informatie de wetenschappelijke publicaties in Interactive CardioVascular and Thoracic Surgery