Continuïteit van zorg in het Jeroen Bosch Ziekenhuis

In zeer incidentele gevallen maakt het Jeroen Bosch Ziekenhuis de keuze om medewerkers met een COVID-19 besmetting te laten werken. Dat doen wij enkel en alleen als wij daarbij de veiligheid van patiënten en medewerkers kunnen garanderen.

Bijvoorbeeld als er sprake is van een laag besmettingsrisico en iemand in volledige afzondering zijn/haar werk kan doen. De reden om in zeer incidentele gevallen een medewerker met een COVID-19 besmetting te laten werken, is dat het uitvallen van de desbetreffende persoon ervoor zorgt dat wij bepaalde noodzakelijke zorg niet meer kunnen voortzetten.

Onlangs hebben wij deze keuze moeten maken. Indien wij deze keuze moeten maken, doen wij dit in overleg met leidinggevenden en de bedrijfsarts. Er is hier sprake van een uitzonderlijke situatie. In dit geval hebben we een risico-afweging in het belang van de continuïteit van zorg gemaakt. Als deze persoon niet had gewerkt, dan hadden we een groot aantal afspraken moeten afzeggen, bijvoorbeeld met patiënten die wachtten op de uitslag van hun borstkankeronderzoek. In deze uitzonderlijke situatie zijn we dus afgeweken van het RIVM-beleid. Er was hier sprake van een laag besmettingsrisico en er is in volledige afzondering (zonder patiëntencontact) gewerkt. Onder deze voorwaarden mag iemand die onmisbaar is voor de continuïteit van zorg komen werken. Uiteraard alleen met persoonlijke beschermingsmiddelen zoals een medisch mondneusmasker.

We vinden het vervelend dat medewerkers zich in dit geval onveilig hebben gevoeld. De veiligheid van onze medewerkers én onze patiënten staat te allen tijde voorop. We hebben hier maandag 8 november op de afdeling opnieuw aandacht aan besteed.