Dat blijkt uit nieuwe rapportages van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Het aantal verwijzingen naar medisch-specialistische zorg en geestelijke gezondheidszorg zit in juli weer rond het niveau van die maand in de afgelopen jaren. Ook zien we dat in juli het aantal behandelde patiënten in ziekenhuizen gelijk of iets hoger is dan in juli 2018 en juli 2019. Dat geldt ook specifiek voor oncologiepatiënten en patiënten in de geestelijke gezondheidszorg. Dat blijkt uit nieuwe rapportages van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).

De wachttijden laten een gemengd beeld zien. Het aantal overschrijdingen van de treeknorm voor de polikliniek en diagnostiek ligt ongeveer op het niveau van begin dit jaar. Voor behandelingen in het ziekenhuis is er sprake van een lichte stijging van het aantal overschrijdingen van de treeknorm, waarbij er behoorlijke regionale verschillen zijn. De wachttijden in de ggz tonen weinig verandering. Voor verschillende behandelingen in het ziekenhuis en diagnoses in de ggz waren de wachttijden ook voor de corona-uitbraak al langer dan de Treeknormen.

Niet terug naar ‘normaal’
We streven niet naar een terugkeer naar de oude situatie, zegt bestuursvoorzitter Marian Kaljouw: “Sinds het begin van de corona-uitbraak in Nederland zijn ruim 800.000 minder verwijzingen naar het ziekenhuis gedaan dan verwacht. Bij een deel van deze mensen heeft dat geleid tot gezondheidsschade, zoals de patiënten met kanker, hart- en vaatziekten en neurologische aandoeningen. Daarover maken we ons ernstige zorgen. We willen mensen dan ook oproepen om zich te melden bij de huisarts als ze klachten hebben.”

Maar we zien ook dat klachten van mensen die de huisarts in coronatijd niet hebben gezien niet dringend waren of spontaan over gingen. “Die mensen zullen geen ziekenhuiszorg meer nodig hebben. Als we onze gezondheidszorg toegankelijk willen houden voor mensen die echt zorg nodig hebben, moeten we erop inzetten dat alleen mensen gebruik maken van ziekenhuiszorg die dat ook echt nodig hebben.” De NZa werkt daarom samen met zorgaanbieders, zorgverzekeraars en Zorginstituut Nederland aan een advies om passende en digitale zorg te stimuleren.