Het UWV monitort de arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking

Mensen met beperking zijn in de crisis harder getroffen, dan mensen zonder beperking. Zij blijven achter in de arbeidsparticipatie. Dit blijkt uit de arbeidsparticipatiemonitor van het UWV en een aantal andere rapporten. Deze zijn recent verschenen en geven inzicht in hoe het mensen met een beperking vergaan is op de arbeidsmarkt tijdens corona. Om te zorgen dat de ongelijkheid op werk niet nog groter wordt, ziet Ieder(in) een aantal concrete taken voor de overheid.

De UWV arbeidsparticipatie monitor
Het UWV monitort de arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking. En rapporteert jaarlijks hoe vaak mensen met een beperking aan het werk zijn, komen en blijven. Het achter blijven op de participatie heeft meerdere redenen: het betreft veelal mensen met tijdelijke contracten die zijn stopgezet en daarnaast werken mensen met een beperking vaker in sectoren die hard zijn getroffen. Ook is het voor veel mensen met een beperking die de arbeidsmarkt betreden moeilijk om een baan te vinden.

Kansen op werk
Gemeenten en het UWV kregen tijdens de coronacrisis nieuwe taken, namelijk het uitvoeren van de economische steunmaatregelen. Ook waren er meer verzoeken om reguliere ondersteuning, als gevolg van de stijgende werkloosheid, schulden en armoedeproblematiek. Inspectie SZW onderzocht de gevolgen hiervan en ziet vooral risico’s voor de hulp die wordt geboden aan diegenen met een grotere ondersteuningsbehoefte.

In het rapport van de Inspectie SZW staat onder meer dat de kansen op werk voor mensen met een beperking belemmerd worden, doordat veel re-integratietrajecten tijdens de coronacrisis zijn stopgezet. Ook waarschuwt de inspectie voor verdringing waarbij mensen met een goedkopere ondersteuningsvraag sneller zullen worden geholpen dan mensen met een duurdere ondersteuningsvraag.

Wat moet er gebeuren?
Om te zorgen dat de ongelijkheid op de arbeidsmarkt niet nog groter wordt, ziet Ieder(in) een aantal concrete taken voor de overheid. Ten eerste moet onze achterban de ondersteuning en voorzieningen krijgen die zij nodig hebben om te kunnen werken of werk te behouden. Hiervoor is het belangrijk dat verbeteringen in het sociaal domein worden doorgevoerd. Ieder(in) heeft hier in samenwerking met haar leden een manifest voor opgesteld.

Het UWV monitort wel de mensen met een beperking die zijn opgenomen in het doelgroepregister. Maar niet de mensen die de arbeidsmarkt betreden zonder een registratie voor het doelgroepregister. En dat is een grote groep mensen van ongeveer 800.000 mensen. Het is belangrijk de monitoring van de inclusie op de arbeidsmarkt te verbeteren, zodat ook mensen die buiten het doelgroepregister vallen in beeld komen. Dit is nodig om gerichter beleid te maken om mensen aan het werk te helpen.

Tot slot is het belangrijk de garantietermijn in de geharmoniseerde Wajong te verlengen. Deze is nu een jaar. Als je gaat werken en je na een jaar je baan verliest, kun je niet meer terugvallen op de (oude) Wajong. Door de termijn te verlengen heb je meer zekerheid wanneer je je baan verliest. Omdat de arbeidsparticipatie van mensen met een Wajonguitkering sterk is afgenomen en toegang tot werk moeilijk is, is het volgens Ieder(in) rechtvaardiger om de garantietermijn te verlengen.

Kijk hier voor verdere informatie