Voor het vaststellen van de tarieven binnen de medisch-specialistische zorg vraagt de NZa jaarlijks kostprijzen op aan zorgaanbieders

Per 1 september 2020 wijzigt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de regelgeving voor het kostprijsmodel in de medische-specialistische zorg op 2 punten. Vanaf boekjaar 2019 moeten algemene ziekenhuizen en universitair medische centra ook kostprijzen van dbc-zorgproducten uit het vrije segment aanleveren. Daarnaast schrijft de nieuwe regel voor hoe de beschikbaarheidbijdrage academische zorg (BBAZ) verdeeld wordt over de kostprijzen.

Voor het vaststellen van de tarieven binnen de medisch-specialistische zorg vraagt de NZa jaarlijks kostprijzen op aan zorgaanbieders. Vanaf boekjaar 2019 moeten algemene ziekenhuizen en universitair medische centra naast de kostprijzen van dbc-zorgproducten uit het reguleerde segment, ook kostprijzen van dbc-zorgproducten uit het vrije segment aanleveren. Deze gegevens zijn essentieel voor een goede en transparante verdeling en verantwoording van de beschikbaarheidbijdrage academische zorg (BBAZ).

Daarnaast beschrijven wij in de aangepaste regelgeving duidelijker hoe er in de kostprijsberekening omgegaan moet worden met de BBAZ. Universitair medische centra ontvangen de BBAZ voor het behandelen van zeer complexe patiënten en het ontwikkelen van nieuwe vormen van diagnostiek en behandeling. De NZa is verantwoordelijk voor de juiste vaststelling van deze beschikbaarheidbijdrage.

Aanleveren kan tot 1 december 2020
In verband met de uitbraak van het coronavirus is de deadline voor het aanleveren van de kostprijzen over boekjaar 2019 verschoven naar 1 december 2020. Dit uitstel geeft zorgaanbieders de ruimte om tot goede kostprijzen te komen.