De ziekte van Alzheimer is een vorm van dementie die nog niet valt te genezen

Neurowetenschappers van de Berkeley University of California hebben een manier gevonden om met behulp van slaapgegevens te voorspellen wanneer de ziekte van Alzheimer waarschijnlijk zal optreden in iemands leven.

De ziekte van Alzheimer is een vorm van dementie die nog niet valt te genezen. In de hersenen van alzheimerpatiënten komen specifieke afwijkingen voor: eiwitten klonteren samen in zogenaamde plaques en tangles. Bij samenklontering van het eiwit amyloïde ontstaan plaques, zij belemmeren de communicatie tussen hersencellen. De vorming van plaques vinden meestal plaats in de hersendelen die betrokken zijn bij het geheugen, waardoor patiënten met de ziekte van Alzheimer dus geheugenproblemen ontwikkelen (Hersenstichting). 

De wetenschappers van de universiteit onderzochten in hun experiment 32 gezonde ouderen van 60, 70 en 80 jaar. Zij deden dit, door hun slaapgegevens te vergelijken met de vorming van plaques van bèta-amyloïde in hun hersenen.

Tijdens het experiment verbleven de ouderen ’s nachts steeds acht uur lang in een laboratorium, terwijl de kwaliteit van hun slaap geregistreerd werd. Er werd hierbij rekening gehouden met de efficiëntie van de slaap, dus de echte tijd die de deelnemers sliepen, in tegenstelling tot het wakker in bed liggen. Onderzoekers focusten zich op de activiteit van de hersenen tijdens de diepe (niet-REM) slaap. 

De kwaliteit van de slaap van de deelnemers werd geregistreerd met behulp van polysomnografie; dit is een soort slaaponderzoek waarbij verschillende metingen van het lichaam van de slapende patiënt gedaan worden. Zo werden er o.a. metingen van de hersengolven, hartslag, zuurstofgehaltes in het bloed en oogbewegingen gedaan.

Door de jaren heen bleven de onderzoekers de groeisnelheid van het bèta-amyloïde eiwit in de hersenen van de deelnemers meten met behulp van PET-scans. Zij vergeleken dit met de geregistreerde slaapgegevens.

De resultaten van het onderzoek lieten uiteindelijk zien dat de deelnemers die meer onderbroken en minder diepe slaap ervoeren, het vaakst een toename van bèta-amyloïde in het brein toonden.

Er bleek dus wel degelijk een verband te zijn tussen de ontwikkeling van het bèta-amyloïde eiwit in de hersenen en de slaapkwaliteit van de deelnemers. 

De onderzoekers zouden met de slaapkwaliteit van de patiënten de toename van bèta-amyloïde plaques in het brein kunnen voorspellen, waardoor er dus een voorspelling gedaan zou kunnen worden over de tijd die het zou kosten tot de aanvang van de ziekte van Alzheimer bij hen. 

Andere studies hebben al eerder aangetoond dat slaap de hersenen kan ontdoen van bèta-amyloïde afzettingen, maar deze nieuwe resultaten bevestigen specifiek het belang van de diepe slaap (niet-REM slaap), die een herstellende werking heeft op de hersenen.

De resultaten ondersteunen de hypothese dat de kwaliteit van slaap een voorspeller kan zijn van de ziekte van Alzheimer.