Hoewel we vaak twee dingen tegelijkertijd moeten doen, zoals lopen en praten, is dit lastig voor veel mensen met Parkinson.
Dit kan komen doordat de hersenen bij Parkinson in zulke situaties minder efficiënt werken, schrijven onderzoekers van het Radboudumc in het wetenschappelijk vakblad Brain.
Veel patiënten met Parkinson hebben moeite om twee dingen tegelijkertijd te doen, ook wel dubbeltaken genoemd. Hier hebben zij in het dagelijks leven vaak last van. Zo is het bijvoorbeeld lastig om te lopen en tegelijkertijd te praten, op het verkeer te letten of obstakels te ontwijken. Deze moeilijkheden kunnen leiden tot gevaarlijke situaties en vallen. Ongeveer zestig tot tachtig procent van de ouderen met gevorderde Parkinson valt zelfs één of meerdere keren per jaar, vaak tijdens het lopen. Vaak met ernstige gevolgen zoals het verlies van onafhankelijkheid, sociaal isolement of een ziekenhuisopname.
Dubbeltaken in de scanner
Om te begrijpen wat de moeilijkheden bij Parkinsonpatiënten veroorzaakt, hebben onderzoekers uit Nijmegen en Israël de hersenactiviteit tijdens dubbeltaken gemeten. Patiënten en gezonde leeftijdsgenoten voerden twee opdrachten uit terwijl zij in de MRI-scanner lagen. Bij één opdracht moesten ze de voeten bewegen op een loopritme. Bij de andere opdracht moesten ze reageren op de richting van een pijl of een woord (links of rechts), die tegelijkertijd getoond werden. De moeilijkheid van de tweede opdracht was, dat ze soms moesten reageren op basis van de pijl, soms op basis van het woord: dit vereist dus flexibiliteit in nadenken. De voetbewegingen en de pijl-/woordopdracht werden soms afzonderlijk uitgevoerd, maar soms ook tegelijkertijd en dus als dubbeltaak.
Verschil in hersenactiviteit
Zoals verwacht hadden Parkinsonpatiënten tijdens de dubbeltaak meer moeite om het ritme van de voetbewegingen te volgen en maakten zij meer fouten in de pijl-/woordopdracht. Onderzoeker Freek Nieuwhof: “Wanneer de opdrachten afzonderlijk werden uitgevoerd, was de hersenactiviteit bij Parkinsonpatiënten niet anders dan bij de leeftijdsgenoten, maar tijdens de dubbeltaak was dit wél het geval. Vrij diep in het brein, in een deel van het striatum, was bij Parkinsonpatiënten meer hersenactiviteit te zien.”
Extra actief
“Dit zijn nieuwe en interessante resultaten”, zegt neuroloog Rick Helmich, die het onderzoek coördineert. “Het gebied dat tijdens de dubbeltaak actiever was bij Parkinsonpatiënten, was niet actief wanneer één van de twee opdrachten afzonderlijk werd uitgevoerd. Bovendien liet een extra analyse zien dat deelnemers met meer activiteit in dat gebied juist slechter presteerden. Het lijkt er dus op dat de extra activiteit niet functioneel, maar juist schadelijk is voor dubbeltaken.”
Chaotisch verkeer
Een verklaring is mogelijk te vinden in een belangrijk kenmerk van Parkinson, namelijk het tekort aan de neurotransmitter dopamine, vooral in het striatum. Nieuwhof: “Dieronderzoek laat zien dat hersenbanen, die normaal keurig naast elkaar lopen, door een dopaminetekort verweven raken. Dit verklaart misschien waardoor tijdens een dubbeltaak ook gebieden betrokken raken die normaal niet actief zijn. Helmich: “Vergelijk het met een drukke weg zonder strepen, afscheiding en verplichte rijrichting, waardoor tegenliggers op elkaars baan komen en er chaos ontstaat. We willen gaan onderzoeken hoe we de informatiestromen in hersenen van Parkinsonpatiënten weer beter kunnen stroomlijnen, om het vallen bij dubbeltaken te voorkomen.”